Voeding en training deel 3: Kan jouw paard presteren op ruwvoer?

Voeding en training deel 3: Kan jouw paard presteren op ruwvoer?

- Categories : Blog , voeding

Deel 3: Kan jouw paard presteren op ruwvoer?

Natuurlijk is het geheel afhankelijk van de individuele behoeften van een paard of pony of het extra voeding nodig heeft naast het ruwvoer. Een slechte constitutie speelt daarin een rol, dit kan bijvoorbeeld komen door langdurige stress, pijn, schade in de darmen, een verstoorde darmflora of opname, blessures, ouderdom of ziekte, noem maar op…… maar ook wanneer het paard te weinig ruwvoer krijgt of van slechte of verkeerde kwaliteit (te arm of te rijk). Stel dat je uitgaat van een gezond paard, wat heeft het dan echt nodig?

Glucose voor energie
In de vorige blog hadden we het over het effect van krachtvoer voeren op het maag-darmstelsel en de vertering. Nu gaan we een stapje verder: het voer is verteerd en de overgebleven producten hebben het bloed bereikt. In het geval van zetmeel is dat voornamelijk glucose. De concentratie glucose in het bloed heet ook wel bloedsuikerspiegel. Na het betreden van de bloedsomloop wordt deze glucose op 3 verschillende manieren verbruikt:

  • direct energie leveren aan cellen
  • opslag van een energievoorraad in de vorm van glycogeen
  • voor de aanmaak van vet

Er is altijd een bepaalde hoeveelheid glucose nodig om cellen in leven te houden en hun werk te laten doen, niet alle cellen hebben namelijk opslagmogelijkheid. Echter is het lichaam prima in staat om zelf extra glucose te maken van andere verteringsproducten. Geen extra zetmeel voeren betekent dus zeker geen glucose tekort! Bovendien zit er in ruwvoer ook een kleine hoeveelheid suikers, je paard volledig suikervrij voeren is dus niet mogelijk.

Schommelende bloedsuikerspiegel
Voordat de glucose verwerkt kan worden moet het eerst de cel in. Dat kan pas gebeuren als de ‘poortjes’ (receptoren) in de celwand opengezet worden door insuline. Zonder insuline gebeurt er niks met de glucose en blijft deze in het bloed. Bij een grote aanvoer van glucose stijgt de bloedsuikerspiegel snel en wordt er in reactie daarop ook veel insuline aangemaakt. De bloedsuikerspiegel kan daardoor ook weer dalen, soms te snel. Zetmeel wordt vaak in 1 tot 3 maaltijden gevoerd per dag (bijvoorbeeld 1 kilo biks per keer), er komt dan eenmalig een grote hoeveelheid beschikbaar. Dit in tegenstelling tot de kleine beetje zetmeel die steeds binnenkomen met het ruwvoer. Deze manier van voeren veroorzaakt behoorlijke schommelingen in de bloedsuikerspiegel, wat van grote invloed (fysiek en mentaal (gedrag)) kan zijn op het paard.

Verschillende soorten verbranding
In deze blog zullen we ons beperken tot de spiercellen en hun reactie op glucose, omdat we het willen hebben over prestaties kunnen leveren, waarbij een goede werking van de spieren naast hart- en longconditie het belangrijkste is. De (spier)cel kan eigenlijk niks met de glucose molecuul doen, wat het nodig heeft is energie. De glucose moet dus eerst omgezet worden in ATP (adenosinetrifosfaat), een klein molecuul wat energie levert voor de processen in de cel. Die omzetting wordt de verbranding of het metabolisme genoemd. Verbranding kan plaatsvinden met behulp van zuurstof (aeroob) of zonder zuurstof (anaeroob). Met zuurstof verloopt deze verbranding heel efficiënt, er blijft alleen water en koolstofdioxide over (wat weer uitgeademd wordt). Zonder zuurstof krijgt de cel veel minder netto energie van één molecuul glucose en wordt er als bijproduct melkzuur geproduceerd. Terwijl koolstofdioxide makkelijk uit de cel verwijderd wordt, kost het veel meer tijd om melkzuur weg te transporteren, plus het lichaam moet melkzuur eerst verder afbreken in de lever en nieren voordat het afgevoerd kan worden. Daarnaast kan de bloedsomloop maar een bepaalde concentratie aan melkzuur transporteren. Anaerobe verbranding levert dus minder op en produceert ook nog eens veel afvalstoffen.

Conditie is belangrijk!
Toch is deze manier van verbranding (anaeroob) nodig bij intensief werk, omdat er dan niet meer genoeg zuurstof voorhanden is. Dat is de reden dat de hart- en longconditie net zo belangrijk is als spierconditie. Melkzuurproductie en dus verzuring van de spieren proberen te voorkomen kan alleen door de doorbloeding en de zuurstofaanvoer te verbeteren. Via aerobe verbranding kan er ook vet en eiwit gebruikt worden voor het maken van ATP, waardoor de cellen niet volledig afhankelijk zijn van de beschikbare glucose. Dat maakt vet en eiwit prima energiebronnen zolang er geen heel intensief werk hoeft te worden verricht. De spiercellen zullen zelfs in eerste instantie de vetverbranding verhogen wanneer er meer energie nodig is. En dit wil je graag hebben!

Factoren die leiden tot moeheid
ATP kan namelijk maar in hele beperkte mate bewaard worden, de spiercellen moeten het doen met de ‘ruwe materialen’. Glucose als losse moleculen kan niet in grote hoeveelheden opgeslagen worden, daarom maken de spiercellen er lange vertakte ketens van: glycogeen. Deze kunnen zeer snel weer afgebroken worden zodra nodig. Glycogeen wordt ook opgeslagen in de lever, wat een extra aanvoerbron vormt tijdens het werk. Als de spiercellen eenmaal zijn overgeschakeld naar anaerobe verbranding, is de energie op wanneer het glycogeen op is. Op dat moment staat de spiercel stil, die kan dan niet meer reageren. Het opraken van de glycogeen voorraad blijkt bij paarden alleen niet het grootste probleem te zijn. Er zijn veel meer andere factoren die eerder zorgen voor het moe worden van de spieren, zoals het verzamelen van afvalstoffen, waaronder melkzuur en het verbruikte ATP, hittestress en de elektrolyten disbalans (mineralentekort). Alleen bij paarden die meer dan een uur achterelkaar redelijk intensief werken (draf/galop) wordt de glycogeen voorraad flink aangesproken, daarbij is het dus ook belangrijk dat die weer aangevuld kan worden.

Afvalstoffen en verzuring
Paarden die minder dan dat werken, dat geldt dus ook voor paarden die wel meerdere uren op één dag moeten werken maar tussendoor tijd krijgen om op adem te komen, bereiken hun grens dus door het verzamelen van de afvalstoffen in de spiercel, met name melkzuur, waardoor de pH in de cel daalt. De eerste stap om melkzuurproductie te verminderen is het verbeteren van de zuurstofaanvoer: conditie training en natuurlijk goede werking van de spieren, een gespannen en/of pijnlijke spier heeft een minder goede doorbloeding! Melkzuur valt in een cel waar het nog neutraal of basisch is uiteen in lactaat en een H+-ion. Lactaat kan met behulp van zuurstof opnieuw gebruikt worden om ATP te maken, de spier kan zelf dus ook weer wat melkzuur verwijderen, mits er voldoende zuurstof aanwezig is. Het H+-ion blijft echter achter, en dat is de veroorzaker van het dalen van de pH, de verzuring van de spieren dus. De H+-ionen worden opgevangen door bufferstoffen, maar ook deze zijn maar gelimiteerd aanwezig. Daalt de pH te ver, dan kan het melkzuur ook niet meer uiteenvallen en blijft in inactieve vorm in de cel aanwezig. Tijdens het herstel wordt dit melkzuur naar capaciteit langzaam opgeruimd.

Te veel zetmeel verzuurt ook…
Even terug naar de tweede blog in deze serie – te veel zetmeel in de blinde darm zorgt voor melkzuurproductie door de darmflora. Ook dit moet worden opgeruimd, via dezelfde wegen als dat wat door de spieren wordt geproduceerd. De verzuring door de losse H+-ionen die in de darmen plaatsvindt kost bufferstoffen, net als bij de spiercellen. Als een paard op beide fronten melkzuur en pH moet managen, is zijn capaciteit voor het in evenwicht houden van het lichaam (homeostase) veel sneller bereikt en kost herstel veel meer tijd. Ongeacht of het paard glucose en/of zetmeel nodig heeft, bijvoorbeeld om de glycogeen voorraad aan te vullen. De effecten op de darmen en darmflora van een zetmeel overschot mogen dus niet vergeten worden, zeker niet als het gaat om prestatie!

- Filmpje TBC -

Caruso als casus
Dan ook weer even terug naar de eerste blog – hoe hard werkt jouw paard nou eigenlijk echt? Hiervoor willen we een kleine casus laten zien. Caruso is één van de paarden van Jente, hij wordt dus al jaren gevoerd volgens de principes van HorseComplete. Caruso is een 11-jarige KWPN ruin, naast zo goed als onbeperkt ruwvoer krijgt hij 350 gram Metazoa Superfitbroxx, dit is naar lichaamsgewicht, en wat Vitalbix Active+ per dag om de kruiden en supplementen mee te mengen. Daarnaast natuurlijk elke 5 weken een nieuwe kruidenmix met magnesiumoxide en een schepje diatom of wat lijnzaadolie wanneer hij aangeeft dat nodig te hebben. Een volledig graanvrij rantsoen dus. Hij wordt tenminste 3-4 keer per week gereden, 40-60 minuten serieus dressuurwerk (M/Z niveau) waarvan meestal ¾ draf/galop inclusief zijgangen, plus één keer per week springtraining met Henk Jan Lozeman. De andere dagen doet hij grondwerk met mij, longeren of spelen met maatjes (of mij ????) en krijgt hij regelmatig een dagje rust, waarbij hij gewoon buiten staat in de groep op de paddock met ruwvoer of soms nog even in de stapmolen gaat. Hij springt op L/M niveau en loopt regelmatig een wedstrijd. We laten jullie graag wat filmpjes zien van Caruso. Het eerste filmpje is van een wedstrijd waarbij hij een parcours en de barrage mocht springen (zeer goede tijd, helaas een balkje). Het tweede filmpje is van de dag erna longeren. Je kunt niet aan hem zien dat hij de dag ervoor nog een wedstrijd heeft gelopen! Hij is lekker soepel, geen spierpijn, heeft energie genoeg, geen warme of opgelopen benen en is niet ingevallen. Oftewel hij heeft geen negatieve effecten na prestatie en dit zonder uitzondering.

Genoeg is genoeg
Voor het werk wat Caruso doet is dit dus ruim voldoende voeding, hij heeft door de juiste training niet eens hersteltijd meer nodig. Is de behoefte van het paard bij sporten dus wel groter? Wanneer moeten we voer op werk aanpassen? Kunnen we het niet gewoon af met het verstrekken van voldoende voedingsstoffen? Caruso laat zien dat hij qua energie echt genoeg binnenkrijgt, terwijl hij niets extra’s krijgt om hem energie te leveren. Hij wordt gevoerd naar zijn gezondheid, wat betekent dat hij efficiënt met zijn voer kan omgaan door goede vertering en alles in balans is.

Meer info?
Wil jij nou ook weten met welke voeding jouw paard optimaal kan presteren zonder te verzuren, spierpijn of stramme spieren te krijgen? Of kennis maken met kruidenmixen en supplementen die ondersteunen bij ontzuren en een goed metabolisme? Neem dan contact op met HorseComplete.

Wil je meer weten over hoe je paard zo kunt trainen dat deze een goede conditie krijgt van zowel, spieren als hart en longen? Neem dan contact op met www.awarance.nl.

Auteurs: Anouk Wiertz & Jente Driessen

Bronvermelding:

https://ker.com/equinews/equine-glycogen-replacement-exercise/

http://davidmarlin.co.uk/portfolio/where-does-the-energy-to-gallop-come-from/

Equine Exercise Physiology – KW Hinchcliff

Share this content